Klokken Jacobitoren

Home » Klokkenkennis » Klokkeninformatie » Klokken Jacobitoren oud

Aan het begin van de negentiende eeuw hing alleen de Salvatorklok nog in de toren. Om een handzame (lichtere) luidklok en een slagklok voor de halve uren voorhanden te hebben, werd de Andreasklok (Jan Tolhuys, 1556) van de Buurtoren naar de Jacobitoren verplaatst.  

In de jaren tachtig kregen de plannen gestalte om het middeleeuwse Buurgelui te herstellen. Om dit mogelijk te maken werden de drie klokken van de pas gesloten Johannes de Doperkerk in Hoograven aangekocht: de Maria (1954), de Johannes Baptist (1953) en de Joseph (1954) van Petit & Fritsen. Om het muzikale gat tussen de Salvatorklok en deze drie klokken te dichten, werd in 1992 door klokkengieterij Eijsbouts de grootste Utrechtse luidklok sinds de Reformatie gegoten: de 2255 kilo wegende Jacobsklok. Dit prachtige gelui van vijf klokken wordt sinds die tijd door de luiders van het Utrechts Klokkenluiders Gilde ten gehore gebracht.

Lees hier meer over de klokken van de Jacobitoren.

(Luister naar de Salvator, klik op de foto)

Klokgevens :
Gietjaar : 1479
Gieter : Steven Butendic
Slagtoon : a0
Diameter : 182cm.

Klankanalyse ( Claus Peter 1990 )
Gr.t.      A – 5 /16 HT
Priem    a0 – 9 /16
Terts      c1 +3 /16
Kwint   e1 -17 /16
Octaaf  a1 +3 /16         a = 435 HZ
Dez.      c2 – 1 /16
Undez   cis2 – 5 /16

Omgezet naar a = 440  x/100 HT  ( SvG. )

Gr.t  A -50
Pr.    a0 -75
III.  c1  00
Q.   e1 -125
OO  a1  00
c”  – 25
cis” -50

Opschrift ( SvG. Dec 2012 )
(O) och edel meent bit truwelic (S) saluator van hémelric (S) om eendrachtighen vrede (S) bescermen lant ende stede (S) voer orloghe ende duer tiien (?) ende van allen sunden vriien (x) ende alle doden hémelric (+) ende mi mede steuen butendic  (x) (?)  (+) (?)   (T)(+) (+) int iaer ons heren (+) m (+) cccc (+) lxxix (+) (S) cogita mori (L) (+)

Nadere uitleg / verklaring:
– Tekst geheel gesteld in gotische minuskels.
– Tekst is over twee regels verdeeld. Na ‘vriien’ volgt een scheef gesteld bladkruisje, vervolgens staat het woord ‘ende’ geslingerd naar de tweede regel. Deze tweede regel is niet volledig gevuld. Woorden en tekens aan het einde wijder uit elkaar geplaatst.
– alleen ‘lange’-ss
– duidelijk verschil tussen de letters ‘u’  en ‘v’
– afkortings teken over de eerste ‘ é ‘  in ‘hemelric’  >> echter er volgt géén afkorting !
– letter ‘w’  is samengesteld

(O)  muntje ( 25 mm. ) als begin van het opschrift.

(S)  schelpje

(+)  vierbladig motiefje

(x)  vierbladig motiefje als boven echter diagonaal geplaatst.

(L)  kleine lelie

(T) Tau-kruis

(?)  nog niet gedefinieerd element (lelie/schelp)

Profiel / belijning / sier
Het betreft een traditioneel Butendiic-profiel :
– traditionele kroon ( zonder decor ) ,
– kop overgang Kroonplateau ‘gekehlt’ ,
– kop  afvallend gerond, toenemend naar de schouder ,
– schouder praktisch niet gerond, niet scherp
– faussure : één ‘Wolm’
– lip gerond , géén belijning.

Belijning en sier hoog op de flank als volgt :
– Sierfries: eenheden van 2×3 gotische fleurons ( 25mm) op dubbelgebonden boogjes op een lijn. Geplaatst bijna tegen de rand van de kop.
Bijzonder is dat ze (onregelmatig afwisselend) soms staat soms hangende is.
– Tweekoppige adelaars (16 stuks)  (9 x 8 cm) steeds na zes fleurons, éénmalig na drie fleurons. Aan het einde ontbreken eenmalig de fleurons en bevindt zich daar een afbeelding.
– Afbeelding van Christus a/h kruis (60 x 43 mm) (feitelijk onder drie fleurons geflankeerd door adelaars) bevindt zich schuin boven voor het eerste woord, en doorsnijdt gaat door de bovenste ring.
– Een reliëf van Salvator-met-wereldbol staat hoog op de flank.
– Een grote Jacobs-schelp bevindt zich na het woord ‘eendrachtighen’ onder de fleurons en gaat door de lijn heen.
– De andere grote Jacobs-schelp bevindt zich onder het woord ‘cogita’ en staat tegen de onderste van de dubbele sierringen.
– belijning : Ring ( 4 / 5 mm. ) waaronder de eerste tekstband. Tweede ring na 54 mm,  waaronder tweede tekstband. Derde ring na 45mm. daaronder de vierde ring na 9 mm. Hart-op-hart 60 , 50 en 14 mm.

2016SvGeuns
(foto W vd Hulst)

 

 

 

Luister naar de Jacob, klik op de foto

 

 (foto: W vd Hulst)

Klokgegevens :
Diameter : 1157mm.
Slagtoon : f1 -30cents
Gietjaar : 1954
Gietnummer 2087

Klankanalyse (SvGeuns, 13 mrt. 1989):
gr.t  -52
pr.  -20
kl.terts   -22
kwint  -60
octaaf  f2 -30

Drie luidklokken (de Maria, de Johannes Baptista en de Joseph), afkomstig van de in 1990 gesloopte St. Johannes de Doperkerk (Utrecht, Hoograven), hangen sinds 1992 in de Jacobitoren. Ze werden door Petit&Fritsen in Aarle-Rixtel gegoten en vormen met de oude Salvator- én de in 1992 gegoten Jacobs-klok vanaf dat jaar het vijfstemmige gelui. Bijzonder is dat de Maria- en de Baptista-klok niet zijn gestemd. De opschriften op faussure en schouder beperkten zich tot de naam van de klok, jaar van  gieten, nummer en jaartal.

De klokken hangen sinds 1992 aan rechte houten luidbalken en zijn nog voorzien van hun originele klepels.

2016SvGeuns
(foto W vd Hulst)

Johannes Baptist

Klokgegevens :
Diameter : 1035mm.
Slagtoon : g1-28cents
Gietjaar 1953
Gietnummer 1768

Klankanalyse (SvGeuns, 13 mrt. 1989):
gr.t.  -39
pr.  -5
kl.terts  -23
kwint  -29
octaaf   g2 -28

Drie luidklokken (de Maria, de Johannes Baptista en de Joseph), afkomstig van de in 1990 gesloopte St. Johannes de Doperkerk (Utrecht, Hoograven), hangen sinds 1992 in de Jacobitoren. Ze werden door Petit&Fritsen in Aarle-Rixtel gegoten en vormen met de oude Salvator- én de in 1992 gegoten Jacobs-klok vanaf dat jaar het vijfstemmige gelui. Bijzonder is dat de Maria- en de Baptista-klok niet zijn gestemd. De opschriften op faussure en schouder beperkten zich tot de naam van de klok, jaar van  gieten, nummer en jaartal.

De klokken hangen sinds 1992 aan rechte houten luidbalken en zijn nog voorzien van hun originele klepels.

2016SvGeuns
(foto W vd Hulst)

 

Joseph

Klokgegevens :
Diameter : 922mm.
Slagtoon : a1- 15cents
Gietjaar : 1954
Gietnummer : 1946

Klankanalyse (SvGeuns, 13 mrt. 1989)
gr.t.  -28
pr.   -20
kl.terts   -11
kwint   -31
octaaf  a2 -15

Drie luidklokken (de Maria, de Johannes Baptista en de Joseph), afkomstig van de in 1990 gesloopte St. Johannes de Doperkerk (Utrecht, Hoograven), hangen sinds 1992 in de Jacobitoren. Ze werden door Petit&Fritsen in Aarle-Rixtel gegoten en vormen met de oude Salvator- én de in 1992 gegoten Jacobs-klok vanaf dat jaar het vijfstemmige gelui. Bijzonder is dat de Maria- en de Baptista-klok niet zijn gestemd. De opschriften op faussure en schouder beperkten zich tot de naam van de klok, jaar van  gieten, nummer en jaartal.

De klokken hangen sinds 1992 aan rechte houten luidbalken en zijn nog voorzien van hun originele klepels.

2016SvGeuns
(foto W vd Hulst)

Opmerking
Opmerking
Hoe zou je deze pagina willen beoordelen?
Heb je een opbouwende opmerking?
Volgende
Laat je e-mailadres achter als we contact met je mogen opnemen over je feedback
Terug
Inzenden
Bedankt voor het achterlaten van je opmerking!